Bodemonderzoek

KMO Consult kan een volledig bodemonderzoek voor u uitvoeren!


Een belangrijk aspect van milieubeleid is de kwaliteit van de bodem. Vaak is onduidelijk wat op een specifieke locatie met de grond is gebeurd. In het verleden waren bedrijven en mensen zich lang niet altijd bewust van de gevolgen van hun activiteiten. Soms ook zag de overheid onvoldoende toe op hantering en naleving van de milieueisen. Met bodemonderzoek brengt u de status van de bodem op locatie in beeld. Het is een verplicht onderdeel bij de aanvraag van vergunningen .

KMO Consult We hebben ons in de loop der jaren ontwikkeld tot allround partner in milieuzorg. Door de ruime kennis en ervaring kunnen we verschillende bodemonderzoeken uitvoeren. Dit varieert van standaard inventarisaties tot complexe bodemonderzoeken. Daarbij kunt u rekenen op pragmatische, bij uw situatie passende adviezen over vervolgprocedures. Zoals bodemsanering.

KMO Consult verzorgt verschillende soorten bodemonderzoeken:
- historisch bodemonderzoek;
- nulsituatie bodemonderzoek;
- verkennend bodemonderzoek;
- nader bodemonderzoek.

Historisch bodemonderzoek
Bij KMO Consult gaat aan een algemeen bodemonderzoek (veldwerk en analyses) altijd historisch onderzoek vooraf. Dit is een vorm van vooronderzoek dat inzicht geeft in feitelijke verontreinigingen en potentiële bronnen. We analyseren het vroegere en huidige gebruik van de locatie, de bodemopbouw en - aan de hand van geohydrologie - de aanwezigheid van water in de aarde. We proberen vroegere slootdempingen, ophooglagen en calamiteiten en de gevolgen daarvan in kaart te brengen. Uit het historisch onderzoek volgt een onderzoekshypothese: in hoeverre is de locatie verdacht of niet-verdacht? Op basis van deze constatering ontstaat een strategie voor het bodemonderzoek zelf. Als leidraad voor het uitvoeren van het historisch onderzoek dient de NVN 5725.

Nulsituatie
bodemonderzoek De Wet Milieubeheervergunning vereist een nulsituatie bodemonderzoek wanneer u nieuwe activiteiten wilt ontplooien op een locatie. In een nulsituatie bodemonderzoek wordt de kwaliteit van de bodem - de grond en het grondwater - vastgesteld. Dit is een uitgangssituatie. Door herhalingsonderzoek kan geconstateerd worden of tijdens de uitoefening van de activiteiten nieuwe verontreinigingen in de bodem zijn ontstaan. Een milieuvergunning schrijft daarom vaak naast een nulsituatie bodemonderzoek ook een eindsituatie bodemonderzoek voor. Dit onderzoek moet worden uitgevoerd bij beëindiging of verplaatsing van de bodembedreigende activiteit of bij beëindiging van alle bedrijfsactiviteiten.

Verkennend bodemonderzoek
Dit is de meest gehanteerde vorm van onderzoek bij de aanvraag van een bouwvergunning of bij de aan- of verkoop van een locatie. Door de relatief geringe inspanning kan snel en tegen lage kosten worden vastgesteld of op een locatie sprake is van bodemverontreiniging. De norm NEN 5740 geeft richting aan het onderzoek. Hierin staan, afhankelijk van de uit het vooronderzoek naar voren gekomen onderzoeksstrategie, het aantal boringen, peilbuizen, monsternemingen en soort analyses aangegeven.

Tijdens het onderzoek laat KMO Consult de bovengrond, de ondergrond en het grondwater onderzoeken. Bij de onderzoeksstrategieën wordt onderscheid gemaakt tussen verdachte en onverdachte locaties. Verdachte locaties zijn bijvoorbeeld plekken waarop (bovengrondse) opslagtanks en industriële installaties zijn geplaatst of garages en (chemische) opslagloodsen zijn gebouwd. Voor ondergrondse opslagtanks is er het zogenaamde BOOT-onderzoek. BOOT staat voor Besluit Opslaan in Ondergrondse Tanks. Het aantal boringen is afhankelijk van de grootte van de tank(s). Daarnaast worden de vul-, ontluchtings- en afleverpunten onderzocht, evenals het leidingwerk. Indien noodzakelijk kunnen op één locatie verschillende onderzoeksstrategieёn worden gecombineerd.

Nader bodemonderzoek
Wordt tijdens een verkennend of nulsituatie bodemonderzoek een verontreiniging aangetroffen, dan volgt nader bodemonderzoek. Op basis hiervan kan KMO Consult de aard, omvang, concentratie en ernst van de bevuiling vaststellen. Ook wordt zo duidelijk hoe groot voor mensen, dieren en planten de kans is op contact met de (mogelijk) verontreinigde stoffen in de grond en het grondwater. Op basis van onze rapportage kan worden bepaald of er sprake is van ernstige bodemverontreiniging, die noodzaakt tot sanering.


Volgens de Wet bodembescherming is er sprake van ernstige bodemverontreiniging wanneer voor ten minste één stof de gemiddelde concentratie van minimaal 25 m3 grond of minimaal 100 m3 grondwater, hoger is dan de betreffende interventiewaarde. Indien hiervan sprake is, wordt met behulp van het programma SUS (SaneringsUrgentieSystematiek) onderscheid gemaakt tussen urgente en niet-urgente gevallen. Bij urgentie wordt het tijdstip van saneren vastgesteld. Dit is het moment waarop met sanering moet zijn begonnen.

Nader bodemonderzoek wordt uitgevoerd conform het Protocol voor het nader onderzoek of de Richtlijn nader onderzoek voor specifieke categorieёn van gevallen van bodemverontreiniging.

Interesse
Heeft u interesse in een van onze diensten of heeft u vragen? Dan kunt u telefonisch contact opnemen via 074 291 93 93, wij kunnen u direct meer vertellen. U kunt ook ons contactformulier invullen voor een vrijblijvende prijsopgave of meer informatie.

naar Milieu pagina